15 november 20185 min leestijd

De meeste mensen zien (lichaams)houding als iets statisch. We zien onszelf in de spiegel en vragen ons af of we recht staan, of onze schouders naar achter staan en of ons hoofd niet te ver naar voren steekt. We neigen te focussen op momentopnames van onszelf en zijn hier erg kritisch op. Daarom is het een goed idee om eens te kijken wat postuur nou echt is, met betrekking tot stabiliteit, en hoe dit allemaal tot stand komt.

Laten we eerst kijken wat wordt bedoeld met postuur: traditioneel gezien wordt ons altijd verteld dat we rechtop moeten staan met de schouders naar achter. Dit zei mijn moeder mij ooit wanneer ze zag dat ik een lange tijd achter elkaar stond, met mijn schouders en hoofd naar voren gehangen. Echter als we het beter bekijken zien we dat er twee dingen belangrijk zijn: is het hele lichaam aan de ene kant voldoende stabiel, maar aan de andere kant toch nog flexibel om goed te bewegen? Dit kan dan weer onderverdeeld worden in kleinere componenten zoals de lichaamsdelen die individueel kunnen worden beoordeeld op hun stabiliteit en mobiliteit. Dit model wordt de ‘joint by joint’ benadering genoemd.

Het idee dat we alleen naar statische houding moeten kijken helpt ons niet echt.

Onze statische lichaamshouding verandert enorm gedurende de dag en is met name afhankelijk van wat we de hele dag gedaan hebben voordat we naar onszelf kijken, en blijft dus een momentopname. Statische postuuranalyse kan helpen maar zou nooit gebruikt moeten worden om een diagnose te stellen. In plaats daarvan kan je beter kijken wat er gebeurt met je postuur zodra je beweegt. Dit geeft meer informatie en bovendien inzicht in hoe de drijvende kracht achter ons postuur verantwoordelijk is voor gewricht- en spierfuncties.

We kunnen onze spieren als de werkslaven zien en de gewrichten en botten als de gereedschappen die worden gebruikt om een statisch postuur te stabiliseren of beweging te creëren. Maar hoe komt dit tot stand? Wat is het onvermoeibare controlecentrum van de enorme hoeveelheid aan constante feedback van de gewrichten en ander zacht weefsel (spieren en pezen) waaraan wordt getrokken? Het antwoord is simpel: het brein met behulp van het zenuwstelsel. Het brein houdt je postuur in zijn geheugen en handhaaft wat het beste werkt om stabiliteit en mobiliteit of ontspanning te faciliteren en vloeiende bewegingen mogelijk te maken.

Maar waarom laat het brein dan slechte houding en beweging ontstaan?

Het brein doet dit omdat het simpelweg continu wordt geprogrammeerd door je bewegingen. Het gebruikt de beschikbare kennis om aan de veilige kant te zitten en tegelijkertijd energie te besparen. Als je brein het geen goed idee vindt om je voorover te buigen met gestrekte benen om iets van de vloer op te pakken, is dit waarschijnlijk omdat het denkt dat je bil- en bovenbeenspieren niet in staat zijn om veilig de buiging naar voren te maken en kiest het daarom voor een andere beweging. Als je postuur of beweging niet goed is kan dat ook zijn omdat je brein een bepaald onderdeel van je lichaam probeert te beschermen, waarschijnlijk vanwege een oude blessure.

Als we begrijpen dat, als het op beweging aankomt, de middelen van het brein hoofdzakelijk gebaseerd zijn op het netwerk van eerdere bewegingservaringen, dan hebben we een manier gevonden om het programmeren ervan te beïnvloeden wat kwalitatief betere beweging en postuur mogelijk maakt. Als we daarbij begrijpen dat het lichaam afhankelijk is van de juiste hoeveelheid stabiliteit in bepaalde gebieden en, vergelijkbaar, de juiste hoeveelheid mobiliteit in andere gebieden, kunnen we deze vaardigheden verder ontwikkelen. Als je ervoor kiest op een goede manier te bewegen leg je de standaard van programmering van het brein al hoger. Door bijvoorbeeld uithoudingsvermogen te trainen en maximaal te investeren in een veilige omgeving maken we het programmeren van bewegingsnetwerken in het brein zelfs nog sterker en toegankelijker.

Hoeveel weet jij over de kwaliteit van je bewegingen en of je brein goed communiceert met de juiste spieren tijdens complexe bewegingen?